Voor dieren die hier blijven is het van belang dat er voldoende voedsel beschikbaar is. Met name vruchten zijn voor veel dieren van groot belang om te kunnen overwinteren.
Vele soorten vogels zijn alleseters (omnivoren) die tijdens de broedperiode eiwitrijk voedsel eten zoals insecten, maar zich buiten die periode voornamelijk voeden met vruchten zoals fruit, noten en zaden. Merels bijvoorbeeld zijn bekende alleseters die zich gedurende het jaar voeden met wormen, insecten, slakken, brood en in de herfst met zaden bessen, appels, druiven, etc. Ook bij het roodborstje staan in de herfst tot vroeg in de lente zaden, fruit en bessen op het menu.
Dankzij hun sterke snavel kunnen ze vruchten gemakkelijk open maken en het vruchtvlees en zaden opeten.
Knaagdieren staan eveneens open voor een zeer gevarieerd menu. Ze doen zich tegoed aan de overdaad aan boomvruchten die in de herfst onder bomen liggen. Zo vult de eekhoorn zijn vetreserves aan met onder andere kastanjes, beukennootjes, eikels, en dennenappels. Ook legt hij op verschillende plekken een voorraadje daarvan aan, die hij in de winter kan op peuzelen. Nog rigoureuzer pakt de hazelmuis het aan. Die verdubbelt in de herfst zijn gewicht door zich helemaal rond te eten, uiteraard met hazelnoten en met zaden, vruchten, bessen.
Wellicht minder bekend is dat ook vlinders grote interesse in vruchten hebben als voedselbron. Hoewel veel planten in juli en augustus hun bloeitijd hebben zijn in de herfst, als het een beetje zonnig en warm weer is, vlinders nog steeds actief. Bepaalde dagvlinders zoals de atalanta, gehakkelde aurelia en bont zandoogje kun je dan zien zitten op rottend fruit. Ze worden aangetrokken door de sterke geur van het vruchtensap dat ze met hun roltong opzuigen. Als dat fruit ligt te gisten ontstaan suikers en alcohol en dat vinden ze dat helemaal geweldig. Overigens zijn zij niet de enigen in het dierenrijk die gefermenteerd (overrijp) fruit lekker vinden. Op internet zijn leuke filmpjes te zien van dieren zoals apen en olifanten die zich “dronken” van het fruit eten en zich dan op een merkwaardige manier gaan gedragen.
Het eten van vruchten heeft niet alleen nut als voedselvoorziening, maar dient ook voor de verspreiding van zaden. De zaden die in de vrucht zitten worden namelijk door de dieren weer uitgescheiden, uitgespuugd of als voorraad verstopt (en vergeten) en daardoor verspreid in de wijde omgeving. Dit is erg belangrijk voor het behoud van de biodiversiteit.
Kortom, de dieren hebben in deze tijd “uw” supermarkt hard nodig.
Heb je vragen of wil je reageren stuur dan een e-mail naar Kiemkrachtdrimmelen@gmail.com.